Nederland ontwaakt.
Vanaf het moment dat we wakker worden,
staan we in verbinding met de wereld en elkaar.

Thuis, onderweg, en op het werk, telecommunicatie is overal.
Onlosmakelijk onderdeel van het leven.

Geen wolkje aan de lucht.
Stabiel en veilig.

Agentschap telecom staat voor betrouwbare netwerken.
Zodat jij altijd en overal kunt rekenen op veilige verbindingen.

Een robuuste technische  infrastructuur.
Van diep onder de grond, tot hoog in de lucht.

Grenzeloze inzet.
Ruimte voor technologieën van morgen.

Vooruit en klaar voor de toekomst! Voor een veilig verbonden Nederland.
Agentschap Telecom.

Zoeken en balanceren. Voor mij kenmerkt dat het jaar 2017 van Agentschap Telecom. Werken aan een veilig verbonden Nederland bleek eens te meer een dynamische en veelomvattende maatschappelijke opgave. Met complexe vraagstukken op het gebied van techniek, regelgeving en marktwerking. Maar vooral ook interessante uitdagingen bij het vinden van de juiste balans tussen kansen, restricties en belangen. 

Verbinding is in de moderne samenleving een basisbehoefte. Zonder kwalitatief goede communicatie- en IT-netwerken kan die behoefte niet vervuld worden. Ons land verkeert in de gelukkige omstandigheid dat alle partijen waaronder de mobiele operators daar op een uitstekende wijze invulling aan geven: de infrastructuur voor telecommunicatie is fijnmazig en robuust. Mede daardoor behoort Nederland tot de vier landen met de beste mobiele dekking in Europa en zijn we een van de koplopers op het gebied van connectiviteit. 

Er is een toenemende vraag naar telecommunicatie. Er ontstaat zelfs een vorm van afhankelijkheid. Dat stelt eisen aan beschikbaarheid en continuïteit. Die zijn niet vanzelfsprekend. Calamiteiten als stroomstoringen kunnen leiden tot uitval van telecommunicatie. Gelukkig komt dat sporadisch voor. En in de gevallen dat het gebeurde, leidde het niet tot grote maatschappelijke ontwrichting. Ik ben echter van mening dat gezien het toenemende belang en de afhankelijkheid van telecommunicatie de kans hierop toeneemt. Agentschap Telecom vraagt daarom vanuit het onderzoeks- en voorlichtingsprogramma Telekwetsbaarheid aandacht voor dit risico en de mogelijke consequenties er van voor de maatschappij.  

Agentschap Telecom is er niet slechts voor wetshandhaving en het beslechten van geschillen. Als uitvoerende organisatie en toezichthouder wil het agentschap zich ook juist richten op maatschappelijke doelen en risico’s. Vanuit die overtuiging handel ik dan ook. Zo heb ik in 2017 mijn Code Oranje aan de graafketen vergezeld laten gaan van een bijdrage aan een voorlichtingscampagne over de noodzaak van het reduceren van de schade door onzorgvuldig graven. Niet vanuit een wettelijke verplichting, wel vanuit publiek belang. Ook op andere terreinen handelt mijn agentschap vanuit dat perspectief. De huidige wet- en regelgeving kan daarbij zowel ondersteunend als beperkend zijn. Ondersteunend op het moment dat een wet passend is en je op basis daarvan kan handhaven. Maar beperkend wanneer wet- en regelgeving achter loopt op technologische ontwikkelingen en zich met deze ontwikkelingen nieuwe publieke belangen dan wel risico’s openbaren. Dat is bijvoorbeeld het geval nu er steeds meer slimme apparatuur met internet wordt verbonden. Dit biedt ontzettend veel mogelijkheden. Maar tegelijkertijd gaan er grote risico’s mee gepaard: in 2017 stonden de media bol van berichten over cyberaanvallen via onvoldoende beveiligde apparatuur. Op dit moment ontbreken wettelijke kaders en standaarden om te kunnen handhaven op digitaal onveilige IoT-apparatuur. Het agentschap wil, vanuit maatschappelijke oogpunt, een belangrijke rol spelen in het verkleinen van de risico’s door cyberdreiging. Maar welke vrijheid kan ik me hierin, zonder die wettelijke basis, permitteren in onze taakuitvoering? Wet- en regelgeving is eveneens beperkend wanneer je verplicht wordt tot handhaven, terwijl het beoogde belang van de wet is veranderd. Vooral wanneer je daarbij publieke middelen moet inzetten die je liever voor een maatschappelijk gezien belangrijker doel aanwendt. Waar moet ik dan mijn schaarse middelen op inzetten?

Maatschappelijke belangen, doelen en risico’s rechtvaardigen een bredere taak- en rolopvatting dan die van een klassieke handhaver. Zo kan in sommige gevallen voorlichting effectiever zijn dan het opleggen van een sanctie. Dat is passen en meten. Soms wikken en wegen. Maar noodzakelijk in een wereld waarin overheidsmiddelen schaarser worden en waarin technologische ontwikkelingen razendsnel gaan. Het proces van toezicht is in mijn opvatting een proces van monitoring, flexibiliteit en adaptie. En van zoeken en balanceren.

Peter Spijkerman
Directeur-hoofdinspecteur Agentschap Telecom